Kapitel
Hoofdstuk XIV. Toestand der Oost-Indische Compagnie op het einde der 17e eeuw
- Sprache
-
Niederländisch
- Erschienen in
-
Metelerkamp, R.. - Handleiding tot de kennis der geschiedenis van de Nederlandsche koloniën in Oost-Indië
- Erschienen
-
1884
- Letzte Aktualisierung
-
14.03.2025, 11:45 MEZ
Datenpartner
Dieses Objekt wird bereitgestellt von:
Staatsbibliothek zu Berlin - Preußischer Kulturbesitz. Bei Fragen zum Objekt wenden Sie sich bitte an den Datenpartner.
Staatsbibliothek zu Berlin - Preußischer Kulturbesitz. Bei Fragen zum Objekt wenden Sie sich bitte an den Datenpartner.
Objekttyp
- Kapitel
Entstanden
- 1884
Ähnliche Objekte (12)
De zedelyke Toestand der Nederlandsche Natie op het einde der 18. eeuw
Teekeningen en Gravures (17e - 20e eeuw) (1239-1374)
Hoofdstuk XV. Toestand van de Oost-Indische Kompagnie en hare bezittingen in de eerste helft der 18de eeuw
2: C. Baardt, drijver te Bolsward in de 17e eeuw.
Genreprenten 17e – 20e EEUW: Gravure – Etsen – Litho’s (Nr. 105-303)
X. De toestand in Atjeh na het einde der tweede expeditie
Achtste hoofdstuk. Een blik op den toestand der Oostindische Compagnie
Uiterste wil van Margrieta van Brederode, 24 April 1636. Afschrift 17e eeuw.
Afschrift van den uitersten wil, vermeld onder No. 123, 17e eeuw. Gemerkt B.
Staat van afstamming van Johan Wolfert van Brederode, (midden van de 17e eeuw).
Het Nederlandsche zeewezen en de Amsterdamsche Joden in het einde der 18e eeuw
Bijbeltegels : bijbelse voorstellingen op Nederlandse wandtegels van de 17e tot de 20e eeuw = Bibelfliesen
De zedelyke Toestand der Nederlandsche Natie op het einde der 18. eeuw
Teekeningen en Gravures (17e - 20e eeuw) (1239-1374)
Hoofdstuk XV. Toestand van de Oost-Indische Kompagnie en hare bezittingen in de eerste helft der 18de eeuw
2: C. Baardt, drijver te Bolsward in de 17e eeuw.
Genreprenten 17e – 20e EEUW: Gravure – Etsen – Litho’s (Nr. 105-303)
X. De toestand in Atjeh na het einde der tweede expeditie
Achtste hoofdstuk. Een blik op den toestand der Oostindische Compagnie
Uiterste wil van Margrieta van Brederode, 24 April 1636. Afschrift 17e eeuw.
Afschrift van den uitersten wil, vermeld onder No. 123, 17e eeuw. Gemerkt B.
Staat van afstamming van Johan Wolfert van Brederode, (midden van de 17e eeuw).
Het Nederlandsche zeewezen en de Amsterdamsche Joden in het einde der 18e eeuw
Bijbeltegels : bijbelse voorstellingen op Nederlandse wandtegels van de 17e tot de 20e eeuw = Bibelfliesen
De zedelyke Toestand der Nederlandsche Natie op het einde der 18. eeuw
Teekeningen en Gravures (17e - 20e eeuw) (1239-1374)
Hoofdstuk XV. Toestand van de Oost-Indische Kompagnie en hare bezittingen in de eerste helft der 18de eeuw
2: C. Baardt, drijver te Bolsward in de 17e eeuw.
Genreprenten 17e – 20e EEUW: Gravure – Etsen – Litho’s (Nr. 105-303)
X. De toestand in Atjeh na het einde der tweede expeditie
Achtste hoofdstuk. Een blik op den toestand der Oostindische Compagnie
Uiterste wil van Margrieta van Brederode, 24 April 1636. Afschrift 17e eeuw.
Afschrift van den uitersten wil, vermeld onder No. 123, 17e eeuw. Gemerkt B.
Staat van afstamming van Johan Wolfert van Brederode, (midden van de 17e eeuw).
Het Nederlandsche zeewezen en de Amsterdamsche Joden in het einde der 18e eeuw